Verhoudingen
A Notatie, taal en betekenis
Uitspraak, schrijfwijze en betekenis van getallen, symbolen en relaties - Wiskundetaal gebruiken
1-fundament |
Toelichting en voorbeelden bij 1-fundament |
Toelichting en voorbeelden bij 1-streef |
Functioneel gebruiken |
Functioneel gebruiken |
Functioneel gebruiken |
- Verhoudingen herkennen in verschillende dagelijkse situaties (recepten, snelheid, vergroten/verkleinen, schaal enz.)
|
Verhouding herkennen bij eenvoudige verhoudings-situaties uit het dagelijks leven zoals: gebruik van recepten, snelheid, prijs per stuk/kg/liter, vergelijken van groepen met een kenmerk, vergroten en verkleinen, schaal.
- Op het kaartje zie je linksonder een schaallijn staan.
Wat wordt met de schaallijn bedoeld?
Hoe kun je die informatie gebruiken als je een afstand wil weten?
- Het recept van de pannenkoeken is voor 4 personen. Kun je dat recept dan ook gebruiken voor 8 personen? Wat moet je dan doen?
- Hoe ver wonen ze van het pretpark? (Uit: Rekenrijk)
|
Verhouding herkennen bij eenvoudige en meer complexe verhoudingssituaties zoals: gebruik van recepten, snelheid, prijs per stuk/kg/liter, mengen, afstanden, vergelijken van groepen met een kenmerk, vergroten en verkleinen, schaal.
- 2/3 deel van € 1200 van de erfenis is voor de huishoudster, de rest is voor de tuinman. Kun je dan uitrekenen hoeveel ieder krijgt?
- 3 van elke 4 parkeerplaatsen is bezet. Wat betekent dit? Staan er dan steeds precies 3 auto's naast elkaar en is er dan daarnaast één plaats vrij? Is het dan maar een parkeerplaats met 4 parkeerplaatsen? Hoe kun je die informatie gebruiken?
- Ik heb een recept van lasagne voor 4 personen. Kan ik dat recept nu ook gebruiken voor 8 personen of voor 6 personen? Hoe kan ik dat dan gebruiken?
- Aan welke tafels krijgen de kinderen even grote stukken pizza? (Uit: Alles telt)
Hoeveel krijgen ze dan?
|
Overgenomen uit: Concretisering referentieniveaus rekenen 1F/1S SLO